EIGENLIJK ZIJN WE TWEEDERANGS BURGERS

06-07-2012
Actueel >>

Afgezien van het feit dat Nederland heeft bepaald dat wij op Saba in dollars moeten betalen, heel duur en curieus want op het Franse deel van Sint Maarten is gewoon de euro ingevoerd, zou niemand accepteren dat de boot naar Texel zestig euro kost. Maar Saba? We hangen er maar wat bij. Sabanen gaan voor veel zaken naar een ziekenhuis in Colombia of Guadeloupe omdat het ziekenhuis van Sint Maarten niet voldoet. Stel je voor dat mensen uit Texel voor een ziekenhuisbezoek naar Düsseldorf zouden moeten, dat is toch onbestaanbaar? Eigenlijk zijn we tweederangs burgers.’

Els Boers (55) was interim griffier geweest in Veenendaal, Zwartewaterland, Hattem en Utrechtse Heuvelrug, toen ze vorig jaar het hoogste punt in het koninkrijk in het vizier kreeg: Saba. Het tweeduizend zielen tellende eiland in de Cariben was in oktober 2010 een openbaar lichaam geworden en zocht een griffier die het plaatselijke bestuur wegwijs kon maken in de wondere wereld van het dualisme.

Boers: ‘Wat een uitdaging. De griffier van Vlieland zou eigenlijk naar Saba gaan, maar uiteindelijk wilde hij dat zijn jonge gezin niet aandoen. Als ik jonger was geweest, had ik het denk ik ook niet gedaan. Maar mijn jongste dochter was net het huis uit, dus wat lette mij? Geen interimbaan dit keer, maar gewoon vast. Ze hadden mij niet gezien voordat ik op het vliegtuig stapte. Best spannend.

‘De eerste dag ging ik uit eten. De dame van het restaurant deed ook in huizen, dus de volgende dag meteen kijken. Het eerste cottage was meteen raak. Ik wist al snel dat ik hier wilde blijven. Het klikte meteen. De eerste zes maanden zijn nu voorbij en de raad heeft gezegd dat hij met mij door wil.’

Rare toestanden
De burgemeester is weliswaar de Island Governor en de raad de Island Council, maar verder is het bestuurs­systeem op Saba Nederlands. Boers: ‘De voertaal is alleen wel Engels. Dat leidt tot rare toestanden in het Nederlands sprekende koninkrijk. Als griffier heb je de taak ervoor te zorgen dat raadsleden begrijpen waar het over gaat en wat ze beslissen. Dus vind ik dat raadsstukken in het Engels vertaald moeten worden. Zo had het college een Nederlandstalige APV (Algemene Plaatselijke Verordening, red.) bij de raad ingediend, maar die wilde eerst een Engelse versie hebben. Hoe kom je daaraan? Wie maakt die? Dat heb ik toen gedaan met mijn zus, die in New York woont.

‘Opeens maakten twee collegeleden bezwaar. Zo hadden ze het niet begrepen. Dus ligt de APV weer bij het college. Den Haag bemoeit zich met van alles op het eiland en wil dat alle verordeningen een op een worden overgenomen, maar dit soort praktische zaken interesseert ze niet.’

Regels en structuren voor een eiland van tweeduizend mensen. Daar zijn we goed in, maar ja, het zijn wel weer typisch Hollandse regels. Els Boers, auteur van de onlangs verschenen Kleine Gids, Spelregels uit de Gemeentewet daarover: ‘Wij houden in Nederland enorm van ingewikkelde regels. Waarom zou je het makkelijk doen als het moeilijk kan? Het idee dat je creatief met wetgeving kunt omgaan zonder daarbij de wet te overtreden, is totaal niet aan de ministeries besteed.

Er is een aparte wet gemaakt voor Bonaire, Sint Eustasius en Saba. Het grootste deel komt uit de Gemeentewet, een ander deel niet. Geen idee waarom dat zo is gedaan. Op mij komt het tamelijk willekeurig over. Waarom heeft Saba vijf raadsleden terwijl het minimum in Nederland negen is? Overigens vind ik zeven wel voldoende, hoor. Die raadsleden krijgen een lage vergoeding en de bestuursleden zelfs een veel lagere dan hun collega’s in Nederland.’

Maar het leven is er wel duurder, aldus Boers. Saba is een piepklein eiland, alles moet worden ingevoerd. Na oktober 2010 is het eiland armer geworden, constateert de griffier. Boers moet er wel om lachen. ‘De belastinginning was vanaf de eerste dag geregeld, maar ­verder kan het Den Haag niet zoveel schelen.’

Berucht
De griffier van Saba heeft sinds haar benoeming vorig jaar oktober geen vrienden gemaakt in Den Haag. En dat is zachtjes uitgedrukt. Het zij zo, verzucht Els Boers. ‘Ik ben inmiddels redelijk berucht op de ministeries. Zo beweert men in het Haagse dat ik de eilandsraad aanzet tot illegaal handelen. Lasterlijke praat. Ik vertel de raad hoe het echt in elkaar zit in Nederland. De raad van Saba wordt mondig. Dat vindt Den Haag niet leuk. Ik denk dat ze liever iemand hadden gehad die zijn tijd spendeert aan barbecueën en snorkelen en papegaait wat Den Haag zegt. Helaas. Ik ben er voor de raad van Saba. Nu probeert men nog te ontkennen dat ik er ben, maar ik hoop dat er een moment komt dat ze gebruik van mij willen maken.’

Tot op heden heeft Boers vooral last gehad van de ministeriële bemoeienis met het Caribische eiland. Ze zegt: ‘Gemeenten in Nederland hebben te maken met de provincie, maar de BES-eilanden zijn overgeleverd aan allerlei ministeries. Complete waanzin. En dan heb je ook nog rijksvertegenwoordiger Wilbert Stolte. Die is wethouder geweest in Den Haag en heeft alleen maar grote steden op zijn netvlies, terwijl het op de drie eilanden gaat om 21.000 mensen, minder dan een Haagse wijk.’

Niet één Nederlandse gemeente houdt zich volledig aan de Gemeentewet, maar het lijkt erop dat het rijk het nodig vindt om alleen de BES-eilanden daarop te wijzen, zegt Boers. ‘De rijksvertegenwoordiger komt naar Saba om ons te controleren. Denk je dat de commissaris van de koningin een gemeente controleert? Welnee, iemand kijkt pas naar verordeningen van gemeenten als er wordt gepiept. Het was ook beter geweest als, zoals Noord-Holland ooit voorstelde, een provincie zich over ons had ontfermd. De provincie zit gemeenten niet zo dicht op de huid. Als er bijzondere maatregelen moeten worden genomen, dan kan een provincie dat ook doen.’

Vriendjespolitiek en corruptie
Tja, politiek Den Haag en de rijksdiensten denken natuurlijk: Saba, dat is een zwart gat van vriendjespolitiek en corruptie. Die boel moeten we in het gareel brengen en veelvuldig controleren, het liefst in de wintermaanden. Els Boers: ‘We slaan in Nederland altijd door. De raadsleden op Saba staan dicht op de mensen. Vind je het gek? Dat is zo in een kleine gemeente. En daar is niets mis mee. Ik ben griffier geweest in kleine gemeenten in Nederland en ik kan alleen maar zeggen dat er veel overeenkomsten zijn. De problemen zijn heel herkenbaar. De rolverdeling tussen de raad en het college, de worsteling dat je elkaar kent en het netjes wilt houden. Maar ondertussen hebben de Sabanen wel een minderwaardigheidscomplex, want uit Nederland krijgen ze alleen maar te horen dat ze er een potje van maken.’

Onzin, aldus Boers, en dat wil ze Den Haag best hardop vertellen. De Sabaanse griffier: ‘Dat is een leuk onderdeel van mijn werk. Ik heb tijdens het VNG-congres ook gezegd dat er geen gemeentelijke Rekenkamer naar Saba hoeft te komen. Ze zijn niet welkom. Ik ben jarenlang voorzitter en secretaris van Rekenkamers geweest. Stuur dat geld maar naar de eilanden en dan regelen wij het hier wel. We hoeven niet drie man over de vloer voor een cursus van twee uur.’
Op bezoek in Hattem, Renswoude en Texel zagen de vijf Sabaanse raadsleden met eigen ogen dat volksvertegenwoordigers in andere kleine gemeenten met dezelfde problemen kampen. ‘Daardoor zijn de raadsleden zelfbewuster geworden. Ze hoeven zich niet minderwaardig te voelen’, aldus Els Boers. En ze merkten nog iets.

Boers: ‘Kamerleden en ambtenaren zijn altijd vol aandacht als ze naar Saba komen. De koningin komt, ministers. Die bezoeken kosten enorm veel tijd, want iedereen moet keurig worden ontvangen, maar als wij hier komen, heeft men eigenlijk geen tijd. Dat was een pijnlijke, maar ook leerzame ervaring voor de Sabaanse raadsleden. Van de Tweede Kamercommissie voor Koninkrijksrelaties, die geloof ik uit 35 leden bestaat, hadden er vier de moeite genomen om met ons te praten. Eén ding weet ik zeker, als ze naar Saba kunnen, is er meer belangstelling.’

Ja, nogal wiedes. Het is er altijd dertig graden. Korte broek mee of een jurkje, snorkel en zwemspullen in de koffer en hup business class tussen de vleugels. We herinneren ons nog het ontspannen en gebruinde hoofd van voormalig rijkstoezichthouder Kamp.

Boers heeft nog niet gesnorkeld op Saba, maar verder begrijpt ze best waarom Nederlandse politici en ambtenaren graag langskomen. ‘Ik weet niet of ik ooit terug wil naar Nederland. Ik kan hier als griffier echt iets betekenen voor de emancipatie van de raad. Het is hier klein, maar fijn. Zo klein dat ik moeiteloos liftend naar mijn werk kan. Raadslid Rolando Wilson woont vlakbij. Vaak als ze een cake bakken, krijg ik ook een stuk. We zijn één grote familie, zeggen we dan, maar eigenlijk verschilt ook dat niet van een kleine gemeente in bijvoorbeeld Overijssel.’
CV
Els Boers (Zutphen, 7 augustus 1956) was van 1995 tot 2002 raadslid voor GroenLinks in Ede, waarvan de laatste vier jaar ook voorzitter van de Rekenkamer. Boers werd in 2004 plaatsvervangend griffier in Woerden, waarna ze in 2006 griffier werd in Veenendaal. Ze werd in 2009 interim griffier in Zwartewaterland, in 2010 in Hattem en in 2011 in Utrechtse Heuvelrug. In 2009 richtte Boers het kenniscentrum voor training en advies Krachtig Lokaal Bestuur op. Ze publiceerde ook drie boeken over openbaar bestuur. Els Boers werd in oktober 2011 griffier op Saba.
‘Tweederde van de Gemeentewet eruit’

Wat is zo leuk aan de gemeentepolitiek?
Dat je wat kunt betekenen voor de mensen op straat. Je moet niet verwachten dat je snel resultaten behaalt. Ik ben zelf raadslid geweest. Je krijgt met van alles te maken. Ook al verleg je maar een klein steentje, de uitkomst kan enorm groot zijn.

Je bent premier, wat is de eerste beslissing?
De helft van de Gemeentewet eruit. Wat zeg ik, tweederde eruit. Mensen moeten meer ruimte krijgen. In het voorwoord van mijn boek Gemeentewet in eenvoudig Nederlands pleit ik er ook voor om de Gemeentewet op de schop te nemen. Er staan rare dingen in. Kijk naar het cameratoezicht. Weg ermee. De enige winst van het dualisme is de komst van de griffier, waardoor er iemand is gekomen die echt op de belangen van de volksvertegenwoordiging let.

Je stapt in een tijdmachine, waar naartoe?
Terug in de tijd, maar niet te ver. Ik zou als volwassene even de jaren ‘50 willen meemaken. Hoe leefden de mensen toen? Wat dachten ze? De moeders die verplicht waren om iedere vrijdag de ramen te lappen en de stoepen te vegen.

Je vliegt eruit, en dan?
Geen idee. Ik ben niet bang voor de toekomst. Schrijven natuurlijk over het openbaar bestuur. Maar er liggen ook nog wat novelletjes op de plank die voltooid moeten worden.

Laatst vernieuwd: 21-10-2020 om 09:59

Terug